Deze bepaling heeft betrekking op het gebruik van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking. Overheidsopdrachten mogen enkel worden geplaatst bij onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking doch, indien mogelijk, na raadpleging van meerdere ondernemers in de in deze bepaling opgesomde gevallen. De aanbestedende overheid kan met de inschrijvers over de initiële offertes en over alle volgende offertes die door hen werden ingediend onderhandelen met het oog op de verbetering van de inhoud ervan. Over de gunningscriteria wordt niet onderhandeld. Voor de opdrachten waarvan het geraamde bedrag gelijk is aan of hoger ligt dan de drempels voor de Europese bekendmaking, mag evenmin onderhandeld worden over de minimumeisen. Voor de opdrachten waarvan het geraamde bedrag deze drempels niet bereikt, kan onderhandeld worden over de minimumeisen, voor zover dit niet uitgesloten werd in de opdrachtdocumenten. Behoudens andersluidende bepaling in de opdrachtdocumenten is artikel 69 met betrekking tot de facultatieve uitsluitingsgronden en artikel 71 betreffende de selectiecriteria niet van toepassing op de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking, voor de opdrachten waarvan het geraamde bedrag lager ligt dan de betreffende drempel voor de Europese bekendmaking. Bovendien is, in een aantal in artikel 42, § 3, tweede lid van de Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, het artikel 81 betreffende de gunningscriteria niet van toepassing wanneer gebruik wordt gemaakt van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.